Dat ik pleit voor af en toe eens een goed interview in je contentmix, dat wist je al, maar hoe pak je dat nu aan? Want interviewen, het is een kunst op zich. In december en januari nam ik 13 interviews af en maakte ik daar even veel artikels van. Ik weet dus waarover ik praat als ik zeg dat niets zo onvoorspelbaar is als de uitkomst van een “nochtans goed voorbereid” interview. Maar met de nodige tips en handvaten komt het uiteindelijk altijd op zijn pootjes terecht. Beloofd.
Ik heb journalistiek gestudeerd, dus interviewen was voor mij in de eerste plaats een schoolvak. Een papieren cursus met wat theorie en vooral heel veel voorbeelden moesten ons voorbereiden op de hele resem interviews die we voor dat vak moesten afnemen. Eerlijk is eerlijk, ik blonk er niet in uit. Ik was dikwijls te zenuwachtig om te luisteren naar mijn gesprekspartner, de onderwerpen lagen mij niet (er is een reden waarom ik uiteindelijk geen journalist werd) en kortweg: ik maakte er (meestal) een boeltje van.
Maar…
I’ve come a long way, en van mijn 13 interviews de afgelopen twee maanden is er maar eentje waarbij ik echt heb moeten schrapen om er een goed artikel van te maken. Blijkbaar helpt het als ik geen punten krijg en over onderwerpen mag kletsen die mij ook interesseren. Natuurlijk liep niet alles van een leien dakje, maar ik heb wel 13 solid artikels. En dat is het belangrijkste. Hoe ik dat voor mekaar gekregen heb? Mad skills, ervaring, en de nodige flexibiliteit.
Buckle up, want dit zijn mijn allerbeste interviewtips.
Voorbereiding is zo belangrijk (en soms zo overbodig)
In mijn goede oude schooltijd maakte ik waterdichte lijstjes met vragen, waar ik niet van afweek. Op de meeste antwoorden kende ik bovendien het antwoord al, door (te) veel te lezen over het onderwerp en mijn gesprekspartner. Daar krijg je geen goed interview (en geen goede punten) mee. Ten eerste raak je in de war als je alsnog een ander antwoord krijgt dan je had voorspeld, en ten tweede is dat een heel saaie manier van interviewen, waar je zelf je aandacht ook moeilijker kan bijhouden.
Weg met die vragenlijst, weg met het uitspitten van alle eerdere interviews die je gesprekspartner ooit gaf. Als je ervoor zorgt dat je weet wie voor je zit, en wat hun specialisaties zijn, dan ben je al een heel eind.
Voor de verdere voorbereiding en het interview zelf, zet je het petje op van de persoon voor wie je het artikel schrijft. De lezer van je uiteindelijke verhaal. Lees je in zoals die lezer dat zou doen, verwerf de kennis die die lezer ook heeft en bouw van daaruit het interview op. Uiteraard mag je vragen stellen waarop je het antwoord kan voorspellen, maar alleen als je dan ook goed naar het antwoord luistert om dan in te pikken en door te vragen op curiositeiten die de lezer interessant zou vinden.
Structureer het gesprek en laat je verdere voorbereiding los
Ik snap het. Vragenlijsten bieden houvast, geven zekerheid als je het even niet meer weet. Ik maak ze ook nog steeds. Maar het is een feit dat vragenlijsten mij al veel meer tijd gekost hebben, dan ze mij waardevolle content hebben opgeleverd. Ik (en jij ook) moet ze dus leren loslaten. Want door alleen maar een lijst voorgekauwde vragen af te werken, krijg je een houterig gesprek dat van vraag naar vraag springt, waar de losse draden bij bosjes uithangen.
Belangrijker is om te bepalen welke richtingen jij wil dat het gesprek uitgaat. Welke facetten van het verhaal wil je zeker bespreken, waar wil je echt dieper op ingaan? Schrijf die kapstokken op, en hang daar gerust ook wat steekvragen aan. Die kunnen het gesprek weer in de goede richting kunnen sturen als jullie afdwalen.
That’s it. Meer heb je niet nodig. Behalve je volle aandacht tijdens het gesprek. Die hou je er trouwens makkelijker bij als je niet afgeleid geraakt door een lijst met honderd specifieke vragen die je nog wilde stellen.
Silence ís golden
Als grote mensen praten, moeten de kindjes zwijgen. Als interviewees praten, moeten de interviewers zwijgen (tenzij de persoon in kwestie echt mijlenver afgedwaald is, dan is een korte interventie gepermitteerd). Sterker nog, als interviewees even een adem- of denk- of drinkpauze nemen, moeten de interviewers nog steeds zwijgen. Geloof mij, wat er daarna komt is precies wat je wil horen.
Mag het iets meer zijn?
Sluit nooit, ik herhaal, nooit een interview af zonder te vragen of de geïnterviewde in kwestie zelf nog iets wil toevoegen. In het beste geval krijg je een leuke uitsmijter, in het op een na beste geval nog eens een beknopte samenvatting van de essentie, en in het slechtste geval krijg je nog een paar seconde stilte. Dat is het proberen waard, toch?
Relax en laat relaxen
Interviews zijn altijd een beetje awkward. Soms zijn ze zelfs heel awkward. Maar uiteindelijk gaat het om een gesprek tussen twee mensen, en af en toe moeten zowel jij als de interviewee daar gewoon even aan herinnerd worden. Ik durf er zelf al eens een mopje tussengooien, of werp er soms iets persoonlijks tussen (“amai, dat wist ik niet”, floept er elke interview wel een keer uit). Ijs breken, het is een kunst.
Wat ook helpt, zeker als je met geoefende interviewees werkt (looking at you, marketeers en persverantwoordelijken), is om persoonlijke(re) vragen te stellen. Pols eens wat zij zelf van een bepaalde kwestie vinden, of wat zij het leukst/interessantst vinden aan *insert subject*. Zo krijg je met een beetje geluk wat meer dan een standaardriedeltje.
Maak een praktisch plan (en nog eentje, voor de zekerheid)
Bedenk op voorhand hoe je de zaken gaat aanpakken. Er zijn grofweg twee mogelijkheden: ofwel typ je mee ofwel neem je het gesprek op. Ik wissel zelf af. Als het gaat om een digitaal interview van minder dan een half uur, typ ik mee tijdens het gesprek. Ik weet dat ik meestal wel kan volgen en zo spaar ik later (veel) tijd uit.
Als het gaat om een face-to-face-interview, neem ik de boel op. Dat gaat prima met een smartphone (maar test het bereik van je microfoon wel even op voorhand, zeker in het geval van anderhalvemeterinterviews). Ondertussen noteer ik wel mee op papier. Dat helpt mij focussen én ik kan vervolgvragen die ik wil stellen even opschrijven zodat ik niemand moet onderbreken.
Gratis extra tip: zorg altijd voor een plan B. Als je opname faalt, heb je graag nog notities om op terug te vallen. Als je niet kan volgen met typen, heb je graag nog een opname om te kunnen herbeluisteren. En als er geen ruimte is om rustig te zitten en je moet kiezen tussen noteren of opnemen, kies dan voor opnemen, zorg dat je met je microfoon uit de wind blijft en pray to the gods of technology dat ze je bijstaan. Rechtstreeks uit het leven gegrepen, die tips van mij.
Ik heb overigens ook een back-updictafoon in mijn rugzak zitten, voor het geval mijn telefoon mij in de steek laat, maar dat is dan misschien net weer een stap te ver. Ik heb ‘m in elk geval nog niet gebruikt.
Denk je bij deze tips al meteen “laat maar zitten, die interviews”, stuur me dan een mailtje. Ik neem het je graag uit handen.
Meer interviewtips:
Van interview tot artikel, zo doe je dat
Interviews zijn underrated, en dit is waarom